2.1 Risico's
Inschaling schadebedrag met een bruto risico
boven | 2 | 5 | 2 | 3 | 0 | 0 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
tot | 0 | 0 | 0 | 2 | 0 | 0 | |
tot | 1 | 1 | 0 | 1 | 1 | 1 | |
tot | 0 | 0 | 0 | 1 | 0 | 0 | |
tot | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Kans- | Zeer onwaarschijnlijk | Gering | Beneden gemiddeld | Boven gemiddeld | Aanzienlijk | Zeer waarschijnlijk |
Risicowaarderingsklasse | Kans (gemiddeld) | Dekkingspercentage |
---|---|---|
1 = zeer waarschijnlijk | > 90% | 100% |
2 = aanzienlijk | 75 – 90% | 80% |
3 = boven gemiddeld | 25 – 75% | 60% |
4 = beneden gemiddeld | 10 – 25% | 40% |
5 = gering | 5 – 10% | 20% |
6 = zeer onwaarschijnlijk | < 5% | 0% tot 10% |
Risico-omschrijving | Risicowaardering | Inschaling schadebedrag | Schadebedrag | Netto risico | ||||||||
Totaal | 52.824.620 | 5.129.000 | ||||||||||
Leges omgevingsvergunningen | 0 | |||||||||||
De legesinkomsten voor de aanvragen omgevingsvergunningen bouw zijn sterk afhankelijk van het aantal grote bouwplannen. Dit is een risico voor het behalen van de baten. De gemeente Deurne heeft zelf geen invloed op de plannen en is afhankelijk van derden. Om dit risico te verminderen, wordt jaarlijks voor de bepaling van de baten een inschatting gemaakt van het aantal grote plannen. Als de opbrengsten structureel achterwege blijven, worden de baten bijgesteld. In het verleden waren de inkomsten daarom soms erg wisselend, vooral in de jaren 2010 tot en met 2015. Uit de cijfers van de afgelopen tien jaar blijkt dat dit risico nu niet meer speelt. In de laatste acht jaar is er zelfs elk jaar een positief resultaat behaald. Daarom is het niet langer nodig om dit risico op te nemen. Mocht er in de toekomst toch weer sprake zijn van schommelende inkomsten, dan kan het risico opnieuw worden meegenomen. | ||||||||||||
CCD Geldlening | Aanzienlijk | tot € 250.000 | 110.000 | 88.000 | ||||||||
Er is in 2020 een geldleningsovereenkomst afgesloten met bestuur CCD voor ene bedrag van 110.000,--. | ||||||||||||
Effect klimaatverandering openbare ruimte | Beneden gemiddeld | boven €500.000 | 1.500.000 | 600.000 | ||||||||
De effecten van de klimaatverandering uiten zich steeds vaker in weersextremen, zoals de overstromingen en ondergelopen kelders in de gemeente Deurne als gevolg van overvloedige neerslag. Als gevolg van de staat van de bomen in onze gemeente, waarvan er vele aan vervanging toe zijn, bestaat het risico dat stormen, rukwinden of winterse neerslag bomen ontwortelen. Afhankelijk van de locatie kan dit leiden tot herstelkosten voor wegen, straatmeubilair, riolering, het wegpompen van overvloedig water en andere gemeentelijke eigendommen. Daarnaast ontstaat er tijdens warme en vooral droge zomers een toenemend brandgevaar, leidend tot verhoogde inzet van hulpdiensten, die deels ook door onze gemeente worden gefinancierd. | ||||||||||||
Doorbelasting projectkosten | Beneden gemiddeld | boven €500.000 | 900.000 | 360.000 | ||||||||
De gemeente Deurne belast personeelskosten door aan projecten. Het risico bestaat dat er in de toekomst minder projecten zijn in de gemeente Deurne of dat niet alle kosten doorbelast kunnen worden. Rekening houdend met de ambities uit het raadsprogramma, maar ook met de opstartfase van projectmatig werken, wordt dit risico ingeschat als net boven gemiddeld. | ||||||||||||
Indexering investeringen | Boven gemiddeld | tot € 250.000 | 200.000 | 120.000 | ||||||||
Bij het aanvragen van een investering wordt de hoogte van het investeringsbedrag en de planning van het project bepaald. Hierbij wordt gerekend met het op dat moment verwachte prijspeil. Door de wisselende inflatie en het feit dat projecten vaker uitgesteld worden, is het risico ontstaan dat op een aantal projecten het prijspeil waarmee wordt gerekend te laag is. Investering en de daarbij behorende kapitaallasten worden dan hoger. | ||||||||||||
BCF-plafond | Boven gemiddeld | tot € 500.000 | 450.000 | 180.000 | ||||||||
Er is een klein risico dat de gemeente de BTW niet terug kan vragen óf moet storten in het Btw Compensatie Fonds (BCF)*. *Gemeenten declareren hun BTW op overheidstaken bij het BCF. De Rijksoverheid heeft een plafond aangebracht in de declaraties. Blijven de gezamenlijke gemeenten onder het plafond, dan wordt het verschil aan het fonds uitgekeerd. Wordt het plafond overschreden, dan moet er geld worden toegevoegd aan het BCF. | ||||||||||||
Jeugdzorgstelsel | Boven gemiddeld | boven €500.000 | 656.000 | 393.600 | ||||||||
In de algemene uitkering voor 2028 en 2029 heeft het Rijk een financieel voorschot genomen op nog te nemen maatregelen om het jeugdzorgstelsel te beheersen. Zo gaat het Rijk ervanuit dat er een eigen bijdrage wordt ingevoerd voor jeugdzorg per 1 januari 2028. Deze maatregel | ||||||||||||
Grondexploitatie | Herfstbericht | boven €500.000 | 3.369.620 | 0 | ||||||||
Het grondbedrijf is financieel gezond. Risico’s binnen de grondexploitaties kunnen worden gedekt via de Algemene Reserve Grondbedrijf (ARG) en de te verwachten winsten.
De kans van het intreden van een risico is per risico ingeschat (bandbreedte 25%-75%). Het volledige netto risicobedrag wordt afgedekt met de ARG en/of te verwachten winstnemingen. Het grondbedrijf vangt de risico’s binnen de betreffende grondexploitaties in eerste instantie zelf op, namelijk voor een bedrag van € 42.318. Als de winstpotentie onvoldoende groot is of de grondexploitatie negatief is dan dekt de gemeente de risico’s af met de ARG. Dit betreft een bedrag van € 1.379.046. De ARG beschikt over afdoende middelen om het risico af te dekken. | ||||||||||||
Sociaal domein | Boven gemiddeld | boven €500.000 | 2.000.000 | 1.200.000 | ||||||||
Met ingang van 2015 zijn gemeenten op grond van de Wmo 2015, de Jeugdwet en de Participatiewet integraal verantwoordelijk voor drie decentralisaties in het sociaal domein. Tot het jaar 2018 ontving de gemeente voor het sociaal domein een aparte decentralisatie-uitkering; vanaf de begroting 2019 zijn deze gelden voor het overgrote deel opgegaan in de algemene uitkering en zijn daarmee niet meer apart gelabeld. In de begroting zijn de budgetten van het sociaal domein aangepast conform de prognoses die voorhanden zijn van de GR Peelgemeenten. Actuele prognoses nemen niet alle risico’s weg en daarom is er een bruto risico opgenomen van € 2,0 miljoen. Risico’s binnen het sociaal domein hebben betrekking op:
Dure begeleidingstrajecten en dure voorzieningen (woningaanpassingen) hebben, ook bij kleine aantallen, grote invloed op het budget. | ||||||||||||
Vastgoedexploitatie | Boven gemiddeld | tot € 500.000 | 315.000 | 189.000 | ||||||||
Bij het risico voor de vastgoedexploitatie wordt rekening gehouden met een daling van de huurinkomsten met 20% en een vast bedrag van € 100.000 voor overige risico's waaronder onverwachte weersomstandigheden, brand en het aantreffen van asbest. | ||||||||||||
Gemeenschappelijke regeling Blink | Boven gemiddeld | tot € 50.000 | 34.000 | 20.400 | ||||||||
Blink beschikt niet over een eigen vermogen om niet begrote en/of onvoorziene kosten te dekken. Als de risico’s zich voordoen worden de kosten hiervan in rekening gebracht bij de deelnemende gemeenten. Dit gebeurt in de afrekening van het jaarresultaat. In de risico paragraaf van de Begroting 2026 van Blink is een bruto risico van € 510.000 opgenomen. Het aandeel van de gemeente Deurne in de begroting 2026 van Blink is 6,6%. Dit houdt in dat Deurne een bruto risico draagt van afgerond € 34.000. | ||||||||||||
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost | Gering | boven €500.000 | 1.000.000 | 200.000 | ||||||||
In 2026 en 2027 wordt een deel van de benodigde extra middelen die verwerkt zijn in de begroting 2026 van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost onttrokken uit de reserve. Door de onttrekkingen uit de algemene reserve loopt deze leeg naar € 0. Dat betekent dat de VRBZO geen reserve meer heeft om onverwachte grote incidentele tegenvallers op te vangen binnen de organisatie. Dit is een bewuste keuze, om de gemeenten in deze financieel uitdagende jaren (2026, 2027) niet met een nog hogere bijdrage aan de VRBZO te belasten. De gemeenten in de gemeenschappelijke regeling staan garant voor de financiële positie van de veiligheidsregio. De meest actuele risico-inventarisatie (Begroting 2026) laat een netto-risico zien van afgerond € 4.953.000. De algemene reserve per eind 2026 betreft afgerond € 381.000. Dit laat een restant risico voor de gemeenten over van € 4.572.000. Gemeente Deurne is voor 3,75% van dit bedrag risicodrager, wat neerkomt op een risico van afgerond € 171.000. | ||||||||||||
Regionaal bedrijventerrein | Gering | boven €500.000 | 1.440.000 | 288.000 | ||||||||
In de kaders voor de ontwikkeling van het regionaal bedrijventerrein Brainport-Oost (die de raad op 23 september 2025 heeft behandeld) is opgenomen dat de GREX neutraal dient te zijn dat wil zeggen dat het resultaat uiteindelijk op nul dient te eindigen. Voor dit moment wordt de GREX berekend met een negatief resultaat. In de GREX-berekeningen zitten echter nog een groot aantal variabelen die nog vastgesteld dienen te worden. De variabelen met de grootste impact zijn de rentelasten en de gehanteerde grondprijs. De provincie heeft al aangegeven dat zij mee willen werken om de financiële risico’s te verkleinen door financiering te verstrekken voor de ontwikkeling. Hiervan is het rentepercentage nog niet bekend. Ook is nu uitgegaan van een gemiddelde grondprijs die, om de GREX neutraal te laten eindigen, verhoogd kan worden. In de concept GR is een financieel risico van 12% gesteld voor de gemeente Deurne. | ||||||||||||
Vuilstort | Gering | boven €500.000 | 500.000 | 100.000 | ||||||||
De vuilstort Leegveld is gelegen op de grens van Natura 2000 gebied de Deurnsche Peel. | ||||||||||||
Garantstelling KDO | Gering | tot € 250.000 | 200.000 | 40.000 | ||||||||
De gemeenteraad wordt in de Begroting 2026 gevraagd om garant te staan voor een te verstrekken geldlening aan Turnvereniging KDO. Dit brengt een risico mee, maar het risico is beneden gemiddeld. | ||||||||||||
Algemene uitkering (gemeentefonds) | Gering | boven €500.000 | 2.500.000 | 500.000 | ||||||||
De algemene uitkering vanuit het Rijk wijzigt voortdurend. De financiële impact van door het Rijk genomen besluiten is voor de gemeente groot. Het steeds veranderende politieke landschap brengt onzekerheden voor de algemene uitkering op de lange termijn met zich mee. De gemeente volgt het rijksbeleid nauwlettend. Op het moment dat de financiële consequenties duidelijk zijn, worden deze verwerkt in de begroting. Het Rijk moet de komende tijd gaan bezuiningen. Dit kan effect hebben op de hoogte van het totale gemeentefonds. Wat de effecten zijn voor de afzonderlijke gemeenten is nog niet duidelijk. Daarom wordt voor de risicowaardering klasse 5 aangehouden. | ||||||||||||
Cyberaanval: ontwrichting organisatie door verlies van kritieke applicaties en gegevens | Gering | boven €500.000 | 4.000.000 | 800.000 | ||||||||
De dienstverlening van de gemeente is sterk afhankelijk van digitale systemen en betrouwbare gegevens. Een cyberaanval kan leiden tot langdurige uitval van processen, verlies van gegevens, datalekken, overschrijding van wettelijke termijnen en hoge herstelkosten. Ook de reputatie van de gemeente en het vertrouwen van inwoners kunnen ernstige schade oplopen. De ernst van dit risico wordt bevestigd door de invoering van de Europese NIS2-richtlijn en de Nederlandse Cyberbeveiligingswet (2025). Gemeenten zijn daarin aangemerkt als “essentiële entiteiten” en hebben een expliciete zorgplicht voor digitale veiligheid. Deze wetgeving is ingevoerd vanwege de toename van ransomware-aanvallen, incidenten bij leveranciers en de groeiende afhankelijkheid van digitale systemen. Gemeenten zijn wettelijk verplicht om risico’s in kaart te brengen, passende maatregelen te nemen en ernstige incidenten te melden. Het actuele dreigingsbeeld laat zien dat ransomware nog steeds de grootste dreiging vormt. In 2023 en 2024 waren meer dan 150 gemeenten betrokken bij incidenten in de leveranciersketen. Criminelen richten zich niet alleen op gemeentelijke systemen, maar ook op externe partijen zoals softwareleveranciers. Gemeenten zijn daardoor kwetsbaar voor verstoringen buiten hun directe invloedssfeer. Daarnaast neemt het risico op misbruik van kunstmatige intelligentie toe, bijvoorbeeld via deepfake-fraude of geavanceerde phishing. Ook operationele technologie (zoals verkeerslichten, bruggen en gebouwbeheersystemen) is steeds vaker digitaal verbonden en daarmee kwetsbaar voor sabotage of uitval. De schade-inschatting van € 4 miljoen is gebaseerd op het incident bij Hof van Twente (2020), waar de gemeente haar volledige ICT-omgeving opnieuw moest opbouwen. Gezien onze huidige beveiligingsmaatregelen achten we de kans op een dergelijk incident beperkt. We hanteren daarom een dekkingsvereiste van 20% van de maximale schade (€ 500.000). | ||||||||||||
Garantstelling OMO | Zeer onwaarschijnlijk | boven €500.000 | 13.500.000 | 0 | ||||||||
De gemeenteraad van Deurne heeft op 15 september 2020 besloten om garant te staan voor een door de staat verstrekte geldlening aan Ons Middelbaar Onderwijs (OMO). Dit brengt een risico mee, maar het risico wordt ook beperkt door: De gemeentelijke jaarlijkse bijdrage in de huisvestingskosten is juist bedoeld om de lening af te lossen. OMO is daardoor verzekerd van inkomsten om de lening terug te betalen. | ||||||||||||
Inkoop en aanbesteding | Zeer onwaarschijnlijk | boven €500.000 | 20.000.000 | 0 | ||||||||
Het inkoopbureau heeft een analyse gemaakt van de nalevingsgraad van inkoopregels in gemeenten van 20.000-50.000 inwoners. Hieruit blijkt dat de nalevingsgraad uitkomt op 20-30%. Gezien het inkoopvolume van Deurne is de schatting is dat er bruto voor € 20 miljoen risico gelopen wordt. Dit betekent een waardering in klasse 3. Een waardering in klasse 6 ligt meer voor de hand. Dit omdat de gemeente interne controles uitvoert. Er ontstaat alleen een risico als de gemeente het inkoopbeleid niet volgt. Dit risico ontstaat bij inkopen die de organisatie zelf doet, zonder ondersteuning van Bizob. Wanneer inkooptrajecten zwak zijn en onvoldoende onderbouwd, kan dit leiden tot procedures waaruit schadevergoedingen voortkomen. Verder bestaat het risico op overschrijding van Europese aanbestedingsdrempels. Dit risico kan ontstaan bij het (stilzwijgend) verlengen van lopende overeenkomsten. | ||||||||||||
Persoonsgegevens: datalek of onrechtmatige verwerking | Zeer onwaarschijnlijk | tot € 250.000 | 100.000 | 0 | ||||||||
De gemeente verwerkt dagelijks grote hoeveelheden persoonsgegevens van inwoners, medewerkers en ondernemers. Daarbij is zorgvuldige omgang met deze gegevens wettelijk verplicht op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Een datalek of onrechtmatige verwerking kan leiden tot boetes, herstelkosten, juridische procedures en reputatieschade. In 2024 verwerkte de Autoriteit Persoonsgegevens bijna 40.000 datalekmeldingen – een forse stijging ten opzichte van voorgaande jaren. Hoewel het aantal opgelegde boetes beperkt bleef, kiest de AP steeds vaker voor andere maatregelen zoals berispingen, dwangsommen en intensief toezicht. Ook overheden staan nadrukkelijk op de radar van de toezichthouder. De kans op een boete of andere sanctie is daarmee reëel. De AP heeft in 2022 en 2023 boetes opgelegd aan gemeenten voor onder meer het te lang bewaren van gegevens en het verwerken van camerabeelden zonder voorafgaande DPIA. De maximale boete onder de AVG bedraagt € 20 miljoen of 4% van de jaaromzet, maar in de praktijk zijn bedragen tussen de € 30.000 en € 100.000 gebruikelijk. Op basis van deze ontwikkelingen en de inschatting dat Deurne qua gegevensbeheer in de middenmoot van Nederlandse gemeenten valt, verhogen we de kansinschatting van 1% naar 2%. De maximale schade blijft ingeschat op € 100.000. | ||||||||||||
Juridische geschillen, claims, etc | Divers | tot € 250.000 | 50.000 | 50.000 | ||||||||
De gemeente Deurne heeft de risico’s in beeld gebracht van ingediende (plan)schadeclaims, lopende procedures en geschillen, waarbij juridische zaken betrokken is. Deze bedragen zijn exclusief de risico’s van de grondexploitaties, omdat die worden opgevangen binnen de grondexploitatie. |